Transciptie
Om een werkende elektrische installatie te hebben, moeten al je leidingen aangesloten worden op een zekeringkast.
Dit klinkt specialistenwerk, maar kun je ook zelf doen met behulp van Easykit!
Uiteraard is het aangewezen hiervoor eerst langs te gaan bij een filiaal in je buurt.
Daar kun je informatie inwinnen en kun je samen met je Easykit-coach de nodige plannen uitwerken.
Op basis van je elektriciteitsplan stelt je coach een zekeringkast op maat voor je samen.
Die wordt dan voorbekabeld bij je thuis geleverd en moet je ophangen in je technische ruimte, in de buurt van je elektriciteitskabels en aarding.
In functie van je wensen, wordt je elektriciteitsplan uitgetekend.
En dit vormt dan op zijn beurt de basis om je zekeringkast op maat te gaan samenstellen.
Daarna kun je overgaan tot de aansluiting.
Zorg dus dat in eerste instantie je elektriciteitskabels getrokken zijn tot in je technische ruimte.
En dat de aarding ook geplaatst is.
En noteer alles op je grondplan.
In een volgende stap worden de voorbekabelde kast en een kit met aansluittools bij je thuis geleverd.
Met daarbij nog de nodige documentatie ben je voldoende gewapend om de kast correct en volgens de geldende wetgeving aan te sluiten.
Begin dus steeds met je materiaal te bekijken en de instructies te bestuderen, zodat je weet waar je aan begint.
De kast wordt gesloten geleverd, je moet die eerst nog ontgrendelen.
Leg iets onder je kast, zodat je afdekplaat onderaan vlot kan losmaken.
Want via die opening kun je een zakje in de kast bereiken, waarin onder meer de sleutel zit.
Daarmee kun je dan de deur openmaken.
Haal alle losse onderdelen nu uit je kast en leg alles netjes aan de kant, dit heb je later pas weer nodig.
Sluit daarna opnieuw af.
Voor je tot de aansluiting kan overgaan, moet je de kast eerst ophangen.
In je technische ruimte heb je hiervoor normaal plaats voorzien op een paneel, om de montage te vergemakkelijken.
Schroef de voorziene bevestigingsbeugels vast op de kast.
De richting kies je in functie van hoe dit bij jou het best uitkomt.
Meet de positie en tussenafstand van de beugels op en zet dit uit op je wand.
En voorzie dan de bevestiging met pluggen en de bijgeleverde bouten.
Daarna kun je er de kast gaan ophaken.
Op die manier hangt je voorbekabelde kast klaar, bij je leidingen, om tot de aansluiting te kunnen overgaan.
Je begint met alles goed te bestuderen zodat je al min of meer een idee hebt van de situatie.
Bekijk dus onder andere welke zekeringen er voorzien zijn en welke kabels je allemaal moet aansluiten…
Je begint met alles goed te bestuderen zodat je al min of meer een idee hebt van de situatie.
Bekijk dus onder andere welke zekeringen er voorzien zijn en welke kabels je allemaal moet aansluiten…
Merk je dat je materiaal te kort hebt, dan kun je nog dingen bijbestellen en ophalen in je Easykitfiliaal.
Want het kan natuurlijk gebeuren dat je tijdens het leggen van je leidingen aanpassingen gedaan hebt, of extra’s wil voorzien.
Hoewel je vooraf meestal goed nagedacht hebt over je elektrische installatie, kan het toch gebeuren dat je tijdens het plaatsen van de leidingen merkt dat je een aantal dingen over het hoofd zag… Of dat je bepaalde voorzieningen wijzigt of proactief toevoegt. (klaar wil hebben voor de toekomst)
In dat geval zal je je zekeringkast nog moeten uitbreiden.
Dit kan simpelweg door een extra aansluitrail bij te plaatsen.
In dat geval kan het gebeuren dat je bestelde kast niet meer 100 % up-to-date is…
Maar geen zorgen, je kan die uitbreiden door een extra rail bij te plaatsen.
Je kan hiervoor een volledige rail kopen, of een op maat gemaakt exemplaar. Laat je door je coach adviseren voor wat je nodig hebt.
Pas eerst af hoe lang je aansluitvork moet zijn…
En maak dan op maat.
Let wel, dit doe je steeds met de hand! Een ijzerzaag is hiervoor prima.
Zorg er dan voor dat alle schilfers uit je rail verwijderd zijn.
Dit is heel belangrijk, want die zouden brand kunnen veroorzaken.
Het is nu nodig alle afzonderlijke koperen geleiders nog even uit te schuiven en bij te snijden.
Door deze koperen uiteindes met een tang in te korten, zorg je ervoor dat ze niet gelijk komen – en dus iets dieper liggen – dan het uiteinde van de aansluitvork zelf.
Daar zit behoorlijk wat stroom op, dus dit moet je vermijden.
Steek ten slotte nog een eindstuk op.
Haak nu eerst alle bijkomende automaten op de vrije rail in je zekeringkast.
Zorg dat er in het begin ook een differentieel van 30 mA voorzien is.
Want per rail, die maximum acht automaten mag bevatten, moét er een verliesstroomschakelaar – of differentieel – aanwezig zijn.
Zorg nu dat alle schroeven voldoende los zitten, zodat je er de op maat gemaakte aansluitvork vlot op kan monteren.
Hou de afdekplaatjes van de differentieel goed bij.
Alle schroefverbindingen in een zekeringkast moet je met de nodige voorzichtigheid doen.
Doe dit dus ofwel met de hand…
Ofwel met de schroefmachine. Maar dan wel op een zachte stand en een lage snelheid!
De definitieve controle doe je sowieso steeds met de hand.
De nog vrije vorken op je aansluitrail, voor eventuele toekomstige aansluitingen, scherm je af met de voorziene afdekkapjes.
Het koper mag in geen geval bloot blijven.
Er rest nu nog de extra rail van stroom te voorzien.
Dit doe je door de spanning van de onderliggende rail door te lussen met kabels van 10 carré.
Welk type kabel jij hiervoor precies nodig hebt, zal je coach bepalen.
Bij deze 4-polige aansluitrail moet er één blauwe neutrale kabel voorzien worden.
En drie lijnen.
Knip en plooi de benodigde kabels op maat en ontstrip de uiteindes.
Zodat je de ene kant op de onderliggende differentieel kan aansluiten…
En het andere uiteinde op de nieuwe verliesstroomschakelaar.
Raadpleeg je Easykit-coach bij twijfel.
Doe het ontmantelen steeds zorgvuldig en secuur, want er mag geen koper meer zichtbaar zijn!
Maak dit dus precies op maat, zodat je een nette én veilige aansluiting bekomt.
Draai goed aan.
En steek daarna de afdekplaatjes terug op de differentieel.
Tijd nu om alle automaten aan te sluiten.
Maar voor je hiermee begint ga je ze allemaal gaan labellen.
Dit gebeurt volgens alfabet, zodat elke zekering een lettercode heeft.
Dit is essentieel om het overzicht te bewaren, zodat je onmiddellijk kan bijhouden welke kabel je op welke zekering aansluit.
Hou dus een lijst bij de hand, zodat je netjes en gestructureerd kan werken.
Dit zal je later ook nodig hebben voor je keuring.
Het beste is om van start te gaan met de aansluiting van de dikke, stugge kabels. Te beginnen met de hoofdvoeding.
Deze XVB-kabel van 10 carré zal ervoor zorgen dat er stroom via je tellerkast de zekeringkast binnenkomt.
Die is nu nog spanningsloos, tot na je keuring, en kun je dus veilig aansluiten.
Met de bijgeleverde ontmanteltool kun je de huls van deze dikke kabel veilig verwijderen.
Let wel, de kabel moet zo ver mogelijk beschermd zijn! De buitenste mantel mag enkel weggehaald worden bij het gedeelte dat in de kast zelf zit.
Het gaat om een zware kabel, die behoorlijk stroef is, daarom sluit je deze als eerste aan, nu je nog veel manoeuvreerruimte hebt.
Maak en plooi die zo goed mogelijk op maat en ontstrip de uiteindes van de verschillende aders.
Check nu goed in je instructies in welke volgorde je alles moet aansluiten.
Bruin, zwart, grijs, blauw is de rangorde die we hier moeten hanteren om deze hoofdkabel op de aardlekschakelaar van 300 mA aan te sluiten.
Zorg dat de uiteindes voldoende diep in de opening zitten zodat er geen koper meer bloot is.
Gebruik desnoods een lange bektang om je hierbij te helpen.
Draai ten slotte goed aan.
Een andere stugge kabel die moet verbonden worden, is de kabel voor het kookvuur, van 4 carré.
Daarvoor is een automaat van 25 ampère voorzien op de onderste rail.
Gebruik dezelfde kleurvolgorde om ook deze kabel aan te sluiten.
Vergeet niet nog het verzegelingsplaatje terug op je hoofddifferentieel te plaatsen.
Het hardste labeur is zo achter de rug, waardoor je kan overgaan tot de meer flexibele kabels.
Die komen via kabelgoten aan in je kast.
Het is wel nodig de preflexmantels nog te verwijderen, zodat je ze vlot kan aansluiten.
Let wel op dat je de huls pas weghaalt voorbij je aangebrachte labels, zodat je nog makkelijk kan terugvinden om welke kabel dit precies gaat.
Je kan nu beginnen met alle verlichtingskabels aan te sluiten.
Je kan deze herkennen doordat het gaat om kabels met een dikte van 1,5 carré.
Of makkelijker is natuurlijk door ze terug te zoeken aan de hand van het label dat je erop aanbracht.
Dit type kabel moet aangesloten worden op een automaat van 16 ampère.
Neem de kabel erbij en verzamel de aardingskabel aan de zijkant in je kast.
De andere draden breng je achter je rails tot bij de desbetreffende zekering.
Kort af met wat marge en ontstrip de uiteindes.
Met de bijgeleverde striptool gaat dit vlot.
Daarna sluit je aan op de zekering.
Bruin komt steeds links.
Blauw rechts.
Zet vast met de schroevendraaier.
En noteer meteen welke kabel je op welke automaat aansluit.
Probeer gestructureerd te werken.
Begin je met de lichtpunten, sluit dan eerst alle verlichtingskabels in je kast aan.
Daarna doe je dan alle stopcontacten.
Zo maak je er geen warboel van.
Sluit zo kabel per kabel aan en noteer.
Door telkens nauwkeurig bij te houden welke kabel je op welke automaat aansluit, behoud je een correct overzicht om later aan de technieker te kunnen doorgeven.
Eens je lichtkabels aangesloten zijn, kun je overgaan tot de stopcontacten.
Dit gaat om kabels van 2,5 carré, en die moet je aansluiten op automaten van 20 ampère.
De bruine fasedraad komt opnieuw links op de zekering. De blauwe nuldraad rechts.
De aardingskabels bundel je aan de zijkant, want die worden pas later aangepakt.
Zorg ervoor dat je elk type kabel op een geschikte automaat aansluit, conform de wetgeving.
Let er ook op dat je stopcontacten of lichtpunten niét op de onderste rail aansluit.
De onderste rail is de droge kring, die voorzien is van een minder gevoelige differentieelschakelaar van 300 mA.
Doorgaans is die voorbehouden voor vaste toestellen.
Let wel, een wasmachine, droogkast of vaatwasmachine hoort bij een natte kring. Die horen dus thuis achter een differenteel van 30 mA en dus niet op de onderste rail.
Twijfel je? Aarzel dan niet om je coach te contacteren.
Wat ook kan voorkomen, is een gemengde kring.
Zo’n kabel kan bijvoorbeeld van een tuinhuis komen en daarop zijn dan zowel lichtpunten als schakelaars en stopcontacten verbonden.
Dit is een zwaardere kabel van 2,5 carré, afgestemd op de stopcontacten, MAAR moet je op een zekering geschikt voor verlichting aansluiten, een 16 ampère automaat dus.
Eens alle kabels verbonden zijn, rest je nog de aardingskabels te doen.
Die hield je voorlopig aan de kant.
Onderin de kast is een aardingsrail voorzien waarop je die nu allemaal kan aansluiten.
Maak ze op maat…
Ontstrip de uiteindes…
En duw die in de aansluitkammen.
Om daarna vast te zetten.
Ook hier let je weer op dat er geen koper meer zichtbaar is.
Bundel de kabels eventueel netjes samen met een kabelbinder, zodat je kast proper is.
De aardingsrail wordt op zijn beurt nog aangesloten op de dikkere hoofdaardingskabel, zodat je installatie geaard, én veilig is.
Om de installatie af te ronden is nu nog een controle nodig.
Zijn álle schroeven stevig aangespannen?
Check dit ook bij de voorbekabelde onderdelen, want door het transport kunnen die losgekomen zijn.
Is er geen bloot koper zichtbaar?
Is alles correct en netjes aangesloten? Op de juiste automaten?
Let erop dat er achter elke differentieel van 30 mA maximaal 8 automaten mogen staan.
En last but not least: heb je alles goed gemarkeerd en bijgehouden?
Als je al deze vragen kan afvinken, dan kun je de kabelgoten ten slotte nog dichtmaken.
De eerder afgehaalde afdekplaten, maak je daarvoor eerst op maat, met een uitsparing voor de kabelgoot.
Probeer kieren of spleten te beperken, zodat er geen vuil of ongedierte in je kast kan.
Haak de kap uiteindelijk ter plaatse en schroef vast.
Eindig met de afsluitkappen per rail terug te plaatsen, zodat alles netjes afgesloten is.
Open ruimtes vul je op met de bijgeleverde afdekplaatjes.
En plaats nog de stickers op het frame, zodat je daarop later eventueel kan noteren welke zekering waarbij hoort.
Met een volledig aangesloten kast en de nodige notities bij de hand, kun je een Easykit technieker laten langskomen voor een definitieve controle.
Die doet dan nog een grondig nazicht van je zekeringkast. Of alles juist, net en volgens de regels aangesloten is.
Hij kijkt of alles werkt…
En goed genoteerd is.
Ook spanningsverlies en aarding worden opgemeten.
Om dan uiteindelijk samen met jou – de klant – de nodige schema’s op te maken.
Alle nodige documenten krijg je uiteindelijk digitaal, zodat je met een gerust gemoed de keuring van je elektrische installatie kan aanvragen!